Christophe Boltanski
Paperback
144 pagina's
Slechts uitgerust met een slaapzak en een notitieblok reist Christophe Boltanski naar Tervuren, waar hij een nacht zal verblijven in het AfricaMuseum. Dit museum werd in opdracht van koning Leopold II gebouwd in 1897 en herbergt een lange en pijnlijke koloniale geschiedenis. 125 jaar later spoken de herinneringen nog door de zalen, ziet Boltanski. Overal staat roofkunst geëxposeerd, de meest aanstootgevende werken staan tegenwoordig in de kelder, de buste van Leopold is ontdaan van zijn sokkel. In de laatste zaal staat Boltanski oog in oog met een overweldigende representant van het kolonialisme: de reusachtige opgezette olifant King Kasaï. Daarnaast slaat hij zijn veldbed op.
We volgen Boltanski op zijn nachtelijke tocht door het monumentale paleis, terwijl hij het huiveringwekkende verhaal schetst van Leopold, die Congo als privébezit zag, maar zijn verworven rijkdommen graag wilde tonen aan het Belgische volk en de rest van de wereld. Voor de internationale tentoonstelling van 1897 liet hij recht voor het museum een ‘menselijke zoo’ inrichten. 267 Congolese mannen, vrouwen en kinderen moesten er hun leven nabootsen, zeven van hen overleefden de kille, natte zomer niet.